Naar koningsstad Marrakech in Marokko

14 november 2017 - Marrakech, Marokko

Ter gelegenheid van mijn 72-ste verjaardag de Marokkaanse koningsstad Marrakech ontdekken en aan de kust in Essaouira een ‘muurtje’ van ontspanning metselen. Een leven lang lig ik al wakker van traditionele riads, originele couscous en spannende excursies. Mijn droom is om met Erna sfeervolle marktpleinen, betoverende paleizen en moskeeën vol minaretten te verkennen.

Als een oase van palmen ligt de stad mysterieus en raadselachtig op zeventig kilometer van de voet van de Hoge Atlas. Magisch Marrakech, een van vier koningssteden, is het begin van een reis naar het onbekende. We kunnen hectiek, chaos, lawaai verwachten. In de soeks komen we vast taalraadsels tegen bij het afdingen voor mogelijke koopjes. Angstaanjagend of juist exotisch, volgens kenners uit onze kringen treffen we dat aan om er het beste van te maken.

Een oude ringmuur uit het jaar 1120, negen meter hoog, tien kilometer lang, omgeeft de ‘oude stad’ van Marrakech. Twintig indrukwekkende stadspoorten onderbreken de wand van rode klei om toegang tot de ‘medina’ te geven. Hier wacht een wirwar van straatjes ons op. Een tochtje met een calèche kan een oefening om te onderhandelen vormen.

De charme van de onoverzichtelijke smalle straatjes zal ons niet onberoerd laten. Mochten we ergens tussen geuren, kleuren en theesalons stranden, houden we één uitgangspunt in ere: alle wegen leiden naar Place ‘Jeema el Fna'. Afrika’s beroemdste plein is de hartslag van de medina.

Het grote plein is zo oud als Marrakech zelf, vroeger plaats voor parades en executies, tegenwoordig centrum van modern stadsleven. Jemaa el Fna betekent ‘samenkomst der doden’, verwijzing naar een bloedige geschiedenis, omgeven door legenden en geruchten. Eeuwenlang vonden hier ontmoetingen tussen culturen plaats. Hier kwamen legendarische karavanen uit de Sahel aan. Hier werden waren verhandeld, ook slaven. Hier werd aan ruilhandel gedaan: ivoor voor stoffen, goud voor levensmiddelen, zout voor kruiden, leer voor zijde. Het plein is voor inwoners - Marrakchi - nog altijd een plek waar zij boodschappen doen, waar zij ’s avonds eten en waar zij zich (laten) vermaken.

De eerste bewoners van Marrakech verdienden hun brood door handel met Afrikanen en Spanjaarden. Handel is nog steeds belangrijk. Duizenden ambachtslieden vormen een Oosterse bazaar in het doolhof van soeks. Gaan in Europa speciaalzaken teloor, in de soeks van de medina zijn zij onverwoestbaar. De wirwar bestaat uit kronkelige steegjes met smalle zijstraatjes en weinig herkenningspunten. Op zich is het gebied niet al te groot, toch nemen wij een gids in de hand (of andersom) om niet te verdwalen. In het geval we het spoor bijster raken, weten we wat te doen. Vragen naar ‘La Place’. Het plein dat als hart van de medina klopt, is nooit meer dan een paar minuten verwijderd.

Wanneer ’s avonds de zon ondergaat, zoeken we ongetwijfeld een van de tientallen eettentjes op, die tezamen één groot terras vormen. Bijna elk kraampje schijnt zijn eigen specialiteit te hebben. Wij zullen zien aan welke tafel we onder de rookwolken van de houtskoolgrill de Marokkaanse keuken gaan beproeven. Worden het slakken in bouillon, broodjes lamsvlees of linzensoep 'Harira'?

(wordt vervolgd) 

Foto’s