Naar Milanese tempels: Duomo en Scala

10 november 2017 - Milaan, Italië

Van de moderne metropool Milaan is de Dom met zijn schitterende voorgevel hét symbool. Bovenop prijkt de glanzend gouden Madonnina van vier meter hoog als een beschermengel aan het zwerk. De bouw van de gotische kathedraal begon in 1386. In 1805 laat Napoleon de voorgevel toevoegen. Hij wordt in de ‘Duomo Santa Maria Nascente’ tot koning van Italië gekroond.

Milaan was ooit via het water bereikbaar. Over diverse kanalen is een ‘marmergebergte’ naar de Duomo-bouwplek gevaren. Op oude ansichtkaarten zien we de romantische hoofdstad van Lombardije afgebeeld alsof we in Venetië zijn. Nog maar twee kanalen - Naviglio Grande en Naviglio Pavese - zijn de laatste overblijfselen van het al in de 13-e eeuw bestaande kanalenstelsel.

Om de stad te verkennen stappen wij in de metro - meestal M2 - en vervolgens leggen we vele kilometers met de benenwagen af. Stilstand voor een Dom-visite past daar niet bij, want voor deelname aan lange wachtrijen zijn we niet geboren. Dan maar geen blik op het enorme interieur, vijf schepen en 52 imposante bundelpijlers in schemerlicht dat door hoge glas-in-loodramen naar binnen valt. Vanaf het overbevolkte voorplein kunnen we bij helder daglicht het échte werk zien: 3.500 beelden van heiligen, dieren en monsters in buitenmuren en op vele torentjes. Sterk staaltje werk van middeleeuwse steenhouwers.

Het geldt niet voor ons, maar voor ‘echte’ Milanezen is de lirica, de operamuziek, een levenselixer. Wij voelen ons niet bezwaard de jaarlijkse opening van het Scala op 7 december mis te lopen. Tussen vele hoogwaardigheidsbekleders, staatshoofden, sterren en beroemdheden op de rode loper, afgeschermd door bereden politie, voelen wij ons niet thuis. We zijn geen leden van de loggione, die zich verzekert van 140 staanplaatsen op de bovenste rang door uren- of zelfs dagenlang in de rij te gaan staan. Loggiones zijn de ware liefhebbers, operakenners waarvoor de beroemdste zangers vrees hebben om te worden uitgefloten en uitgejouwd.

Nu wij toch in de buurt zijn, willen we het gebouw van de wereldberoemde opera van binnen bekijken. We reserveren digitaal kaartjes voor museum en rondleiding. Museo Teatrale alla Scala vertelt ons het verhaal van de glorietijden van het Scala. Verdi beleeft hier zijn premières, Maria Callas zingt hier haar aria’s, Toscanini zwaait hier met zijn baton. We kijken onze ogen uit bij oude toneelposters, kostuums, portretten van prima-donna’s, borstbeelden van zangers en dirigenten, instrumenten en bladmuziek. Een zaalwacht legt geduldig uit dat Milanezen vroeger verdeeld waren in Verdi- en Puccinifans, zoals ze nu óf voor Inter óf voor AC Milan zijn.

Onder leiding van een geboren Parisienne, dertig jaar in Milaan woonachtig, wandelen we tussen een elftal belangstellenden rond. Met voortreffelijke uitleg en toelichting in het Engels weet de gids ons te boeien, vooral omdat we overal achter de schermen en in geheimzinnige spelonken een kijkje mogen nemen. Zo’n buitenkans krijg je niet zo gauw, zeker niet ten tijde van een muzikale repetitie, zoals die tijdens ons bezoek gaande is. 

‘Visite guidate private ed esclusive’ is geen ‘Commedia dell’Arte’, maar een serieuze, bijzonder interessante activiteit.

Foto’s

1 Reactie

  1. Marijke:
    10 november 2017
    Erna, een parel tussen marmeren deurstijlen in het Museo Teatrale alla Scala, alsof ze zó een optreden heeft!
    De Duomo is alleen al aan de buitenkant een gebouw om je aan te vergapen, weelderig, rijk, heerlijk dramatisch Italiaans. Geen spijt zeker van jullie uitstap?! Ook al hoosde het die laatste dag---