(171) SAM69+, over nationaal landschap ‘Laag Holland’

5 juni 2015 - De Rijp, Nederland

Vrijdag 5 juni 2015

Rijkdom en risico

Een donderdag met fraai weer nodigt uit tot een fietstochtje door de polder. Tussen de steden Amsterdam, Zaanstad, Alkmaar, Hoorn en Purmerend ligt Nationaal Landschap ‘Laag Holland’. Dat is oer-Hollands gebied met veenweiden en rijkdom aan weidevogels, afgewisseld met droogmakerijen, waar koeien grazen en akkerbouw voor variatie zorgt. Eenmaal weer thuis in Limmen zie ik dat het rondje Limmen, Uitgeest, Krommeniedijk, West- en Oost-Knollendam, Spijkerboor, Neck, Purmerend, Zuidoostbeemster, Middenbeemster, De Rijp, Noordeinde, Driehuizen, Alkmaar, Heiloo en mijn thuisbasis tachtig kilometer van mijn kuiten heeft gevergd.

Het is heerlijk freewheelen onder Hollandse wolkenluchten met veel blauw boven groene weilanden. Ik hoor steeds kikkers kwaken in boerenslootjes, waarlangs rietkragen naar me wuiven en de ene stolpboerderij nog mooier lijkt dan de andere. Ik passeer een paar pontjes, die mij lijken te ontvluchten. Steevast zijn ze op weg naar de overkant, vermoedelijk om het geduld, waarover ik niet beschik, op de proef te stellen. De pontjes kunnen mij wat, ik fiets er gewoon omheen. Ik heb geen haast, geen concrete bestemming, geen afspraak, dus … wie doet me wat? Geen mens, want die zijn er onderweg ook amper.

In De Rijp zet ik mijn fiets tegen de etalage van de makelaar om een foto van de in historie gehuisveste VVV te maken. Komt een kwartet toeristen uit Kudelstaart langs om de huizenprijzen te checken. “Zie je wel”, zegt zij tegen hem, “heb ik je toch gezegd. Dat huis kost minstens een miljoen!”. Ik heb geen leesbril bij me, maar als het gezelschap doorloopt, knijp ik mijn ogen even tot een spleet. ‘Vraagprijs 1.000.000 euro’, zie ik staan. Dan heb je ook wat in Graft-De Rijp met zijn aparte status. Hier voert cultuur de boventoon in plaats van natuur. In de Gouden Eeuw is De Rijp een van de rijkste en welvarendste dorpen van de provincie. Vandaar.

In droogmakerij De Beemster ervaar ik de poëzie van de rechte lijn. Het gebied met ook welvarende historie is nog steeds voorzien van rijke stolpboerderijen, die heerlijke streekproducten leveren, met name in de fruitteelt. Een geometrisch paradijs van boeren en tuinders. Een jaarlijkse traditie is het ‘Beemster Tuinenweekend’, dat dit jaar midden juni wordt gehouden. Met een passe-partout van 2,50 euro is het mogelijk tien tuinen te bezoeken. Ik moet wel glimlachen als ik lees dat ‘het betreden van de tuinen op eigen risico’ is. Welk risico, vraag ik mij af. Vallende appels of peren? Honden wordt de toegang namelijk niet toegestaan en voor rolstoelen zijn de meeste tuinen niet geschikt. Ik zou actie voeren als ik viervoeter of vierwieler was.

Ik passeer ‘Fort Resort Beemster’, dat als onderdeel van Stelling van Amsterdam op de UNESCO Werelderfgoedlijst staat. Ik neem even een kijkje achter de schermen en kom erachter dat ik hier nergens aan hoef te denken. De deuren hebben zich geopend voor een weldadige beleving, tijd speelt geen rol.

Ik neem geen risico, blijf niet overnachten en keer met oostenwind in de rug CO2-neutraal naar huis. Weldadig ritje.

   

Foto’s

1 Reactie

  1. Marijke:
    5 juni 2015
    Dat mijn brievenbus ook deel uitmaakte van jouw polderrondje geeft een genoeglijke connectie met bovenstaande.
    Fraai lijnenspel in de polderfoto's en die selfie oogt likkebaardend. Doch die 80 kilometers doe ik je niet na. Power hoor!