(196) SAM69+, over fietsen door historisch Drents landschap

30 juni 2015 - Rolde, Nederland

Dinsdag 30 juni 2015

Hoog en droog

Met zomerse hitte fiets ik liever door het stroomdal van de Drentsche Aa dan naar de verkoeling van het vlakbije Noordzeestrand. Afzien, zweten en bijkomen in rust en natuur van het 'landschap met een levensverhaal' spreken mij meer aan dan de kitsch van het dan overvolle getatoeëerde strand. Nog geen tweeduizend jaar geleden zijn Kampsheide, Gasterse Duinen en Ballooërveld niet zo puur natuur als je op het eerste oog zou denken. Het zijn juist plekken bij uitstek waar de prehistorische mens hoog en droog kan wonen en werken. De zandige grond is er los genoeg om te bewerken. Pas als ze bebouwing van zwaardere, vruchtbaarder grond onder de knie krijgen, verhuizen de boeren in de vroege middeleeuwen naar dorpen.

Fietsend door dit eerst gekochte bezit van ‘Het Drentse Landschap’ – de stichting koopt het in 1948 voor bijna veertien duizend gulden – kom ik over heidevelden, langs vennetjes en houtwalletjes, en door oud eiken- en beukenbos. Kampsheide is meer dan een gewoon natuurgebied. Tot het begin van onze jaartelling is het terrein zo goed als zeker permanent bewoond. Prehistorische graven verraden dit. Daarna verplaatst de menselijke activiteit zich naar hogere, zwaardere gronden in de richting van Balloo en Rolde. Op Kampsheide vinden archeologen een urnenveld en akkertjes uit de ijzertijd naast tientallen grafheuvels uit de periode van steentijd tot ijzertijd. Waar ik nooit van heb gehoord: meerperiodenheuvels. Dit zijn imposante grafheuvels uit de midden bronstijd (1.800 tot 1.100 voor Christus), die minstens drie keer als begraafplaats zijn gebruikt. Naast drie keer scheepsrecht kun je dit drie keer begraafrecht noemen.

De Gasterse Duinen vormen een van de mooiste heide- en stuifzandgebieden van Drenthe. Ze liggen ingeklemd tussen het Gastersche Diep en het Anlooër Diepje. Hunebed D10 toont aan dat de mens zich al minstens vijfduizend jaar met deze Gasterse Duinen heeft beziggehouden. Oude karrensporen trekken nog steeds diepe voren door de hei, onderdeel van een oude handelsroute van Groningen via Rolde naar Coevorden, die vanaf de middeleeuwen een van de belangrijkste verbindingen van Noord-Nederland is.

Met 370 hectare behoort het Ballooërveld tot de grotere Drentse natuurterreinen. In 1918 zorgt aanwijzing tot militair oefenterrein ervoor dat het veld aan ontginning ontsnapt. Ook het Ballooërveld kent een lange geschiedenis van menselijke activiteit. Er liggen meer dan veertig grafheuvels, de meeste aan het einde van het schelpenpad aan de zuidkant. Zij dateren van 2.900 voor Christus tot het begin van onze jaartelling. Ook hier lopen duidelijk zichtbare brede karrensporen.

Een zandpad langs de grens van es en beekdal vertoont soms hoogteverschillen van een meter of vijf. Het geeft mij hierdoor het gevoel alsof ik door de duinen langs onze kust fiets. De beek meandert als een ‘schelpenvaart’ bij mij om de hoek door het landschap, zijn loop is in de afgelopen eeuwen nauwelijks door de mens beïnvloed. Beeldbepalende hunebedden weet ik in mijn Noord-Hollandse woonomgeving echter niet te vinden. Nog een verschil: het gebied van de Drentse Aa draagt de titel ‘Nationaal Park’.

Ik vind het een toplandschap.

 

1 Reactie

  1. Tineke:
    30 juni 2015
    Kwam je op het Balloërveld "rebelse roodkapje" nog tegen?
    http://www.rtvdrenthe.nl/nieuws/over-ballo%C3%ABrveld-met-rebels-roodkapje
    In zomerse hitte zou ik voor de voormalige Zuiderzee kiezen. Vroeg van Monnickendam naar Marken, fiets mee op de boot naar Volendam en dan snel de toeristengekte uit en de dijk op.
    Maar het Drentsche (ik kies voor oud Hollandsch), is ook heerlijk, alhoewel, zon hoog aan de hemel en dan op je fietsje midden op de heide..........? Nog schaapjes geteld trouwens?
    Ben benieuwd naar morgen!