(325) SAM69+, over afvalrace in gooiwijk

6 november 2015 - Amsterdam, Nederland

Vrijdag 6 november 2015

Amstel en Zuidas

Landelijk ochtendblad over aanrijding: ‘Vuilnisauto en quizmaster botsen’. De vuilnisauto blijkt spoorloos, de BN’er opgepakt. Vuilspuiterij of maatschappelijke dynamiek?

Een ander ochtendblad rijdt met een vuilniswagen door de stad. Geen sporenonderzoek, lering en vermaak, rondje van 24 kilometer, twee uur en een kwartier. Ik maak zo’n dagelijkse citytrip op de fiets mee, in het spoor van een soort DAF van kunststof. De truck zet in vijf jaar 116.523 kilometer op zijn teller. Hij is twee meter twintig breed, dertig centimeter smaller dan een standaardvuilniswagen. Mijn voorganger moet door smalle straatjes passen.

Op mijn tweewieler een truck volgen geeft een nieuw beeld van de stad. Dat begint al in de ‘Pijp’ en langs het Sarphatipark, waar de wagen net door de smalle straatjes past. De chauffeur manoeuvreert als een versufte olifant in een overvolle porseleinkast. De ronde start in het donker, rond zeven uur ’s morgens. Het besturen van de kolos in de kleine ruimte vergt zestig paar ogen, zes spiegels, camera aan zijkant en eentje aan de achterkant. De ‘dode hoek’ blijft, waardoor fietsers - zonder licht - onverwacht uit de hemel vallen.

Bij de Zuidas wonen de ‘rijken’, die het kleine niet eren. Kratjes van drie euro vijftig statiegeld staan buiten bij het vuil voor het graaien. Op een plein in Oud-Zuid is het oppassen geblazen. Twee scholen trekken ijlende bak- en kinderfietsjes aan. De route gaat verder langs zogenaamde ‘knelpunten’, afvalcontainers waar afval naast de containers blijft liggen. Amsterdam beschikt over ruim tienduizend containers. Slechts vijf procent hiervan gaat niet ondergronds. Een dorp is anders dan een stad op palen. In mijn woondorp - op een zandrug - is de verhouding andersom. Ondanks genoemd cijfer zet een kwart van de Amsterdammers zijn afval op straat. Ophalers noemen dat ‘gooiwijken’, wat niets met Hilversum e.o. heeft te maken.

Sinds 1950 is de hoeveelheid afval van een doorsnee Amsterdammer verviervoudigd naar 283 kilogram per jaar. Tot in de jaren 1960 bestaat het afval ook nog voor een deel uit relatief zware kolenas. Tegenwoordig maakt veel plastic het lichter van gewicht, wel groter in volumen. 

De afvalroute gaat verder langs Surinameplein - niets Surinaams aan -, passeert Vondelpark en bereikt een link kruispunt, Zeilstraat/Amstelveenseweg. Hij vervolgt door Oud-Zuid, waar in een van de laatste gooiwijken vuilniszakken in de wagen worden gesmeten. Langs Concertgebouw en Museumplein klinkt op de autoradio een muzikale ode. ‘Straten lijken te huilen, wolken lijken te vluchten’. Via de Pijp voert de eindsprint langs de Amstel. Hier liggen veel kartonnen dozen naast de containers. Bewoners die online shoppen hebben geen tijd om verpakking op te vouwen. Ze blijven als afval achter, evenals kapotte bloembakken van asbest. Alles waarvan ophalers een negatief gevoel krijgen, nemen zij niet mee. Ik geef hen geen ongelijk. 

Na hun lunch genieten zij een rokertje. Een nieuw rondje wacht. Ik neem de fietstrein naar huis. Ik noteer: 141 vrachtwagens vreten jaarlijks 2,5 miljoen kilometers om ruim driehonderdduizend ton afval op te halen. Ik ga er niet aan staan.

 

2 Reacties

  1. Marijke:
    6 november 2015
    Een rondje afval is weer 's wat anders dan fietsen door herfstverkleurende bossen, langs akkers vol ganzen en dwars door duingebieden, om maar wat fietsrijks te noemen. Zeer origineel om te kiezen voor een vuilniswagenroute. Of die geestrijk voedsel biedt? In ieder geval een blogcolumn!
  2. Tineke:
    6 november 2015
    Fietsen achter de vuilnisauto (met een knijper op je neus voor de stank) lijkt me niet meevallen, maar laat wel een heel nieuwe ervaring lezen. Mooi geschreven!