(340) SAM69+, over masker bij Murano-glas

21 november 2015 - Venetië, Italië

Zaterdag 21 november 2015

Palazzi en Prigioni

Fransen, Duitsers, Amerikanen, Japanners en Nederlanders zullen wij door heel Venetië tegenkomen. De kosmopolitische geest van de stad komt in ‘Riva degli Schiavoni’ tot uitdrukking. De boulevard aan de lagune verwijst naar ‘Slaven’, mensen uit voormalige Venetiaanse kolonies aan de overzijde van de Adriatische Zee. In de brede voetgangersstraat ontdekken toeristen luxe hotels en straatventers naast gondels en cruiseschepen, ruiken zij zilte zeelucht en bukken ze voor muitende meeuwen. Bovenal geniet iedereen van uitzicht op het uitgestrekte water van de lagune.

De mooiste waterweg is ‘Canal Grande', dat zich over vier kilometer in S-vorm langs de mooiste huizen door de hele stad kronkelt. Voor de gegoede klasse is het een prestigekwestie om aan deze tientallen meters brede ‘hoofdstraat’ te wonen. Adellijke families bouwen hier eeuwenlang voorname, rijkversierde palazzi met de hoofdgevel naar de waterkant. Een boottocht met een vaporetto laat dit het beste zien. Langs de oevers weerspiegelt zich magistrale architectuur in het water.

De ‘Brug der Zuchten’ - ‘Ponte dei Sospiri’ - verbindt aan de achterkant het Palazzo Ducale (Dogenpaleis) met kerkers, waar Casanova bekend bewoner was. Deze vrouwenversierder staat bekend als de enige die hier ooit uit zijn kerker is ontsnapt. De Brug der Zuchten is de weg naar de ‘Prigioni’, de kerkers. Hij dankt zijn naam aan de legende over zuchtende geluiden van gevangenen die hierheen werden geleid. Zij zouden voor de laatste keer het daglicht door de kleine raampjes van de brug zien, voor ze in de volledig met dennenhout betimmerde kerkers werden opgeborgen. Een meedogenloos staaltje van psychologische intimidatie, die gevangenen het idee gaf in een doodskist te zitten.

Venetië is een openluchtmuseum om in rond te dwalen. Hoewel het aantal inwoners de laatste jaren dramatisch terugloopt, leeft de stad ook buiten de toeristische ‘slang’ nog. Onderhoud van de vochtige huizen is kostbaar. In de zomer hangt er een smerige stank. Buiten de toeristensector is er amper werk. Kortom, het leven is zwaar en duur. Niet vreemd dus dat veel bewoners de wijk nemen naar het vasteland. Een ding blijft overeind: Venetië heeft vaker ernstige crises meegemaakt, maar herrijst steeds weer.

Ik besef dat Erna mij naar het om zijn glaswerk beroemde Murano zal meeslepen. Het ligt zo’n anderhalve kilometer ten noorden van Venetië. Op de verzameling eilandjes, die door bruggen met elkaar zijn verbonden, wonen ongeveer zesduizend mensen. Ik ben reuze benieuwd of we met een object van fraai glaswerk naar huis terugkeren. Mocht een aanbesteding niet in de knip zitten, kunnen we altijd nog naar de Mercerie, het kloppende winkelhart van Venetië. Verschillende stegen en straatjes lopen hier ongemerkt in elkaar over en verbinden de Rialtobrug met het Piazza San Marco. Het winkelgebied bestaat al sinds de middeleeuwen. Toen werden er voornamelijk kostbare stoffen verkocht, die de Venetianen van verre handelsreizen naar het oosten hadden meegenomen. Naast kleding, schoenen of juwelen kunnen we dan alsnog onze slag voor mooi Murano-glaswerk slaan. Ik zet wel een carnavalesk masker op als Erna mij het prijskaartje toont.