Bruisend Brazilië in vierkwartsmaat (4)

1 januari 2017 - São Paulo, Brazilië

De metro van São Paulo rijdt van ’s morgens vroeg tot middernacht, ook op zondag. Voor toeristen een ideale manier van verplaatsing, je vindt vrij gemakkelijk je weg. Zeker met een gids bij de hand die precies weet waar hij met ons wil uitstappen. Zo komen we met een aansluitend wandelingetje vrij snel in de buurt van het oude centrum. Naast ettelijke auto’s rijden er zowat 150.000 motorrijders in de straten van São Paulo rond, om gek van te worden. Zij worden hier ‘cachorros loucos’ genoemd, te vertalen in ‘zotte honden’. Voor de economie zijn ze uiterst belangrijk, want het gaat om boodschappenjongens die voor weinig geld dag en nacht alles bezorgen wat Paulistanos nodig kunnen hebben. Documenten, bouwtekeningen, geld, pizza’s, condooms … In recordsnelheid scheuren ze door de stad, komen altijd op tijd. De waaghalzen riskeren hun leven om de kostbare pakjes tijdig te bezorgen. Gekkenwerk, vooral als je beseft dat er dagelijks twee van hen in een ongeval omkomen. Dat is dus gruwelijk, niet omdat die pakjes niet op tijd zijn, maar omdat het op een wrede manier duidelijk maakt hoe de verkeersproblematiek in deze metropool opspeelt.

Een wandeling door het stadshart en over de Avenida Paulista - zeg maar de Champs Elysées van SP - laat ons de sfeer van deze wereldstad duidelijk proeven. Het gonst er van het leven, helemaal rond het Praça da Sé, waar de kathedraal domineert en daklozen over hun gedoogde vrijheidsdomein beschikken. Kathedraal Sé is in de 20-ste eeuw in Gothische stijl gebouwd, in 1954 voltooid en in 2002 gerestaureerd. Op het plein is het 0 km-punt van de staat São Paulo. De financiële zakenwijk is vlakbij, smalle straatjes omzoomd door gigantische wolkenkrabbers, meestal uit de jaren 1920 en 1930, maken je als mens klein. Hier heerst drukte van jewelste, hier wemelt het van verkopers die namaakartikelen proberen te slijten. In het weekeinde schijnt het een verlaten boel te zijn, waar je als brave toerist beter niet kunt gaan wandelen. Wij toeven in doordeweekse levendigheid, zien overigens genoeg politie-agenten, te voet en op bike’s. Mij vallen steeds de Volkswagenbusjes op - mijn nostalgische camperdroompje - die alom in grote aantallen rondtuffen. Iedere keer kijk ik verlekkerd, waar Erna en Zeca niet verblikken of verblozen.

In São Paulo eet men veel en lekker, met de nadruk op wat wij het middagmaal noemen. De voortreffelijk regionale keuken heeft een stevige boerenachtergrond. De ‘feijoada paulista’ met rode bonen doet niet onder voor zijn zwarte tegenhanger uit Rio. Hoewel bijna alle internationale keukens in de stad zijn vertegenwoordigd, weet Zeca ons te verrassen met het bezoek aan een uitmuntend rustig gelegen ‘kg-restaurant’, waar het gezellig, niet hinderlijk druk is. Bij binnenstappen ontvang je een kaartje, waarna de self-service-keuze riant en uitgebreid is. Bij de kassa wordt je ‘verbruik’ op de weegschaal gewogen, naar gelang waarvan je meer of minder moet betalen. Wij zijn van de afdeling kleinverbruikers en nuttigen onsjes minder vergeleken met de lokalo’s. KG-restaurant mag van ons dan ook ONS-restaurant heten!

(wordt vervolgd) 

Foto’s

1 Reactie

  1. Marijke:
    1 januari 2017
    Zomaar een geinig detail pik ik eruit: dat kg oftewel ons restaurant, wat een aardige vondst. Moet leuker zijn dan dat Amsterdamse restaurant waar je in het pikkedonker blindelings naar je eten moet tasten. Doe mij maar een grammetjes restaurant, zoals in SP.