‘Kom nooit dicht bij een casuaris!’

22 november 2018 - Cairns, Australië

Kom ik er net achter dat ik op mijn MTB in ZW Australië de kans loop een struisvogel te ontmoeten, dwalen mijn gedachten terug naar onze trip door noord Queensland. Waar de struisvogel de grootste vogel ter wereld is, is de emoe een goede tweede. Maar wat velen niet weten: de casuaris is op twee na de grootste vogel ter wereld. En die zijn wij op weg naar Cairns onverwacht tegengekomen. In zijn leefgebied, waar hij verscholen leeft en zich over vaste paden van zijn territorium beweegt. Met een benige helm op zijn kop duwt de ‘helmcasuaris’ takken en struiken aan de kant - ‘Oeps, daar gaat er een’ - en baant hij zich een weg door het dichte bos.

Oppervlakkig gezien lijken struisvogel, emoe, nandoe en casuaris veel op elkaar. Alle bijzonder groot, lange nek en stevige looppoten. Vliegen kunnen ze niet, zwemmen heel goed. De kiwi is een flinke slag kleiner, met in verhouding een veel langere snavel. Toch heeft de kiwi ook veel weg van een verkleinde emoe. In hoeverre zijn al deze vogels verwant? Ze worden als aparte ordes beschouwd, waarbij alleen casuarissen en emoes in dezelfde orde zijn geplaatst.

De naam van de bedreigde casuaris is afgeleid van twee Papua-woorden. ‘Kasu', dat hoorn betekent, en ‘Weri', dat hoofd betekent. De casuaris is de gevaarlijkste vogel in de wereld en na de Afrikaanse struisvogel de zwaarste nog levende vogel op aarde. Daarmee is het tevens de zwaarste vogel van Australië, tussen anderhalf en twee meter hoog op zijn poten en vijftig tot tachtig kilo wegend. Volwassen vrouwtjes zijn groter en agressiever dan mannetjes. De gemiddeld zestig kilogram zware vrouwtjes wegen bijna twee keer zo veel als mannetjes. Allebei zijn echter onvoorspelbaar in gedrag.

Sommigen beweren dat de casuaris eruit ziet als 'gigantische prehistorische kalkoen', maar in feite stamt de vogel af van de dinosaurus. Hij lijkt een combinatie van kalkoen en struisvogel. Zijn lijf toont van veren tot huid verschillende kleuren en texturen. Van hun grote, zwart gevederde lichaam tot de blauwachtige huid op hun hoofd en roodachtige huid op hun nek, tot de blauwgrijs gekleurde poten. Afstamming van dinosaurussen ondersteunt classificatie van de casuaris als 'gevaarlijkste vogel op aarde’.

Door gebrek aan borstbeenstructuur voor ondersteuning van de spieren, die nodig zijn om te vliegen, is de casuaris net als emoe en struisvogel ook een loopvogel. Hoewel ze niet kunnen vliegen, kunnen ze wel degelijk een gevecht aangaan. Ze springen tot twee meter van de grond en rennen met een snelheid tot vijftig kilometer per uur. Omdat ze niet weg kunnen vliegen bij een gevecht, hebben ‘cassowaries’ zich aangepast. Schuilplaats en klauwen dienen ter bescherming. Op hun hoofd zit de ‘casque’ - een helm-achtige kam -, die ongeveer 15 centimeter lang en 17 centimeter hoog wordt. Tijdens een strijd voorkomt deze schade aan de casuaris. In gevecht blijft de vogel zo groot mogelijk staan, laat zijn veren ruisen en sissen, en het hoofd zakken om de casque te tonen. Vervolgens valt hij aan.

Casuarissen maken niet alleen gebruik van de casque, ook hun middelste klauw gedraagt zich als een dolk. Met een lengte van twaalf centimeter kan deze ernstige schade aanrichten, zelfs in staat een hond te doden. Ondanks zijn reputatie zal de casuaris echter niet zomaar aanvallen. Het zijn nogal schuwe wezens, die veel liever de confrontatie mijden. Vertrouwt een casuaris de situatie niet, vlucht hij onmiddellijk het struikgewas in. Denk echter niet dat het een bangerik is. Kom je té dichtbij, valt hij aan en haalt hij met zijn poten uit. De scherpe klauw aan zijn binnenste teen rijt gemakkelijk de buik van een mens open.

Casuarissen zijn erg territoriaal en defensief ingesteld. Zelfverdediging geldt vaak als belangrijkste reden om aan te vallen, evenals de verwachting om voedsel te ontvangen van mensen in hun nabijheid. Vooral in het broedseizoen is het oppassen geblazen. De vogels verdedigen hun kuikens erg fel. Bij de helmcasuaris broedt niet de hen de eieren uit, maar de haan. Heeft de hen haar groene eieren gelegd, gaat zij op zoek naar een nieuwe haan. Ieder broedseizoen paart ze met twee of drie verschillende hanen. Na ongeveer vijftig tot zestig dagen komen de jongen uit het ei. Die blijven dan ongeveer negen maanden in de buurt van hun vader. Daarna kiezen zij hun eigen pad.

Ik heb geen idee waar dat eigen pad heen leidt. Twee dingen weet ik wel. In de eerste plaats de afstand tussen noord Queensland en zuidwest Australië: gigantisch. In de tweede plaats haal ik op mijn MTB alleen in afdalingen een snelheid van meer dan vijftig kilometer per uur. Op de weg omhoog - dragen van een helm is tijdens de gehele race verplicht - geldt voor alle zekerheid het advies: ‘Kom nooit dicht bij een casuaris!’.

1 Reactie

  1. Marijke:
    22 november 2018
    Dat wordt al mountainbikend slalommen om langbenig gevogelte en om kangoeroes heen, als je pech hebt. Of ze rennen met je mee ter aanmoediging, schuw of niet. Bijzondere fauna!