Sevilla, de ‘prinses der steden’

1 februari 2017 - Sevilla, Spanje

Waar vermaak het belangrijkst is ...

In de zinderende hitte van het uitgestrekte schrale Andalusische platteland - campiña - doemt een moderne stad op. Sevilla, stad om van te dromen, waar het lijkt of de tijd heeft stilgestaan. Paardenkoetsen in smalle straten tussen de auto’s. De hitte hangt boven de daken van huizen en gebouwen.

Sevilla kent het hele jaar door een ongedwongen sfeer. De altijd aanwezige zon bepaalt de joviale inborst en feestelijke stemming van de bevolking. De inwoners noemen hun stad ‘prinses der steden’, met de mooiste pareltjes van architectuur ter wereld. Volgens kwade tongen hebben Franse en Britse romantici uit de 19e eeuw Sevilla ‘uitgevonden’. Sevillanen houden dat beeld overeind en koesteren het tot op de dag van vandaag.

Tijdens de Feria de Abril dossen zij zich in folkloristische klederdracht uit en worden sevilliana’s gedanst. Torero’s komen in de arena aan Plaza de Toros bijeen voor een van de grootste torero-festivals op aarde.

In de lente staan in Sevilla meer dan tienduizend sinaasappelbomen in bloei. Zij verspreiden een heerlijke geur, terwijl de stad zich bovendien tijdens zwoele zomernachten in het aroma van jasmijn hult. Iedere avond spiegelt de ‘prinses’ zich in de Guadalquivier. “Wie is de mooiste stad ter wereld?”, lijkt die dan te zeggen.

Wat Sevillanen doen, doen zij goed. Hun uitgaansleven speelt zich vooral buiten af … Zoals een aperitiefje aan de boulevard langs de Guadalquivier in de laatste stralen van de ondergaande zon.

Dat er steeds minder plekjes zijn die nog niet door vreemden (guiris) zijn ontdekt, vinden de Sevillanen best vervelend. Daarom worden voortdurend nieuwe bars en hippe tentjes geopend, waar de stadbewoners elkaar treffen.

Van betoverende smalle steegjes druipt overal romantiek, zuiders temperament en passie voor de flamenco af. Naast een favoriet biertje doet ook een koele fino de jerez (sherry) wonderen. Olijven, vers gefrituurde aardappelchips en natuurlijk wereldberoemde, hippe tapas horen bij zo’n glaasje. Opvallend, voor de Sevillanen is niet het eten het belangrijkst, maar het vermaak - la diversión.

Om mij Sevillaan te voelen, ga ik binnenkort met mijn ‘prinses’ deze stad verkennen. We steken de brug over en trekken naar de wijk Triana. Vanaf calle Betis, die langs het water loopt, bewonderen we het historisch centrum in al zijn glorie. Blikvangers zijn de silhouetten van de kathedraal en de Giralda. De gotische kathedraal is de grootste van Spanje. In 1401 begint de bouw, die bijna een eeuw duurt. Ranke zuilen benadrukken de uitzonderlijke hoogte van 42 meter.

Naast de kathedraal staat het symbool van de stad, de Giralda. De minaret dateert uit het eind van de 12e eeuw, de huidige vorm van dit meesterwerk van Almohadische architectuur is in de 16e eeuw ontstaan. Sobere versieringen en gebruikte materialen staan voor strenge religieuze principes van de Almohaden. Op de honderd meter hoge toren staat een enorme windhaan (giralda), waaraan de naam is te danken. In plaats van traptreden loopt een helling in de toren omhoog. Vroeger was men pas een echte Sevillaan als men eens in zijn leven de Giralda te paard had beklommen.

Helaas ben ik geen paardrijder …

2 Reacties

  1. Tineke:
    8 februari 2017
    Dat komt mooi uit, dat in februari de sinaasappelbomen in bloei staan. Dan kun je bij een voorjaarszonnetje rustig op een terras onder de sinaasappelbomen samen met Erna van een feestelijk drankje genieten. Ben je er in mei, dan word je soms bekogeld door vallende sinaasappels, en dat is minder ontspannend..................
    Geniet samen van Andalusië, het is er geweldig!
  2. Cor Kluijtmans:
    22 maart 2017
    Andalusië, ik was er ooit voor een 10-daagse vakantie die voor mij door een minder prettige gebeurtenis thuis slechts 4 dagen duurde. Ondanks die korte tijd herken ik zeker jouw beeldende en zintuiglijke omschrijvingen.