Winterse betovering door Andalusië (1)

Begin dit jaar vierden wij mijn 71-ste verjaardag in het Spaanse Sevilla, bakermat van de flamenco. Eens in ons leven moesten we de hoofdstad van Andalusië zien, vonden we. Te midden van het bruisende, authentieke Spaanse leven voelden we overal de passie van het echte Spanje in een groot openluchtmuseum met architectuur vol Moorse invloeden. Wandelend door ontelbare kleine straatjes ontdekten we imposante gebouwen als het Alcazar en kathedraal Maria de la Sede. Nog voor mijn 72-ste keren we er terug, in een betoverende rondreis door Andalusië.

Aan Andalusië is alles bijzonder. Majestueuze steden, dramatische berglandschappen, kleine witte dorpjes, eindeloze olijfboomgaarden, prachtige zandstranden. De historie van Andalusië gaat duizenden jaren terug, vooral beïnvloed door Moren en Christenen. Moorse architectuur komen we in de nakende winter nog overal tegen in een regio, die laatste bolwerk van de Moren was tot zij in 1492 uit Europa werden verdreven. Voor ons wordt het aanstaande winter aangenaam toeven, met name omdat de temperaturen er zelden onder de twintig graden zakken.

Andalusië staat bekend om de witte dorpen, nalatenschap van de Moren. De ‘pueblos blancos’ liggen voornamelijk in de bergen rond Cadiz en Malaga. De Moren zijn in de 13-e eeuw door de Spanjaarden verjaagd uit de grote steden en de bergen in gevlucht. Hier bouwden zij karakteristieke witte dorpjes met smalle straatjes en kleine pleintjes, vaak voorzien van een burcht en dikke stadsmuren ter verdediging. Huidige bewoners koesteren de dorpjes. Ieder voorjaar opnieuw kalken zij hun huizen wit om het voorjaar in te luiden. Witte verf beschermt de huizen ook tegen de vaak zinderende zomerse hitte, die de veertig graden gemakkelijk te boven kan gaan. Doe ons de helft, dat vinden wij genoeg. Ik bedoel de graden Celsius, niet de verf.

Erna wilde een keer naar Ronda, een van de bekendste pueblo's blancos. De stad ligt in Costa de la Luz en behoort tot een van de oudste steden van Spanje. Naast veel monumenten, kerken en musea vinden we er Arabische Baden - ‘Baños de los Arabes’ - die tot de best bewaarde van heel Spanje behoren. Vroeger werd hier water uit de rivier gepompt, dat vervolgens via het aquaduct naar de baden liep.

Onze rondreis begint en eindigt in Malaga, een stad met een unieke mix van historie, cultuur, strand en natuur. Malaga is de geboortestad van Pablo Picasso, wiens geboortehuis aan Plaza de la Merced wij wellicht bezoeken. Vermoedelijk eerder dan een bezoek aan de arena te brengen, zoals eerder in Sevilla, ook al staat in Malaga het toonaangevende stierenvechtersstadion ‘La Malagueta’. 

Andalusië is zoals Spanje bedoeld is: flamenco, troubadours met Spaanse gitaren, Roma-zangers met passionele liederen, Spaanse paarden, religieuze fiësta’s en onverschrokken torero’s. Andalusië is de meest Spaanse streek van heel Spanje. Het land van de sherry is populair, topmagneet is het Alhambra in Granada. Paleis en fort zijn de drukst bezochte attracties van heel Spanje, waar wij ooit al eens in de rij hebben gestaan om naar binnen te gaan. Of dat er deze reis opnieuw van komt …?

(wordt vervolgd)