Woodstock: een mythe geboren

30 juni 2019 - Woodstock, Verenigde Staten

Als abonnee op NRC Boeken voert filosoof en essayist Maarten Doorman mij in een artikel vijftig jaar terug in de tijd. In augustus a.s. is het een halve eeuw geleden dat het legendarische ‘Woodstock Music and Art Festival’ plaatsvond. In de zomerdagen van 1969 werden allerlei romantische clichés afgestoft: gedweep met natuur, hang naar spiritualiteit, drugs en verheerlijking van de jeugd. 

Zelfs in losse kledij en met lang haar lijken de romantici op popartiesten van de sixties, aldus Doorman. Ik lees de clichés, die in 2019 tot heuse lifestyle zijn uitgegroeid. Klerenwinkels hebben vaak een complete festivalafdeling, met veel losse bloemetjesjurken. Echtparen-in-spé dragen hun weddingplanner op om hun huwelijk in ‘festivalstijl’ te organiseren. Zo vér ging ik in 1970 met mijn inmiddels ex niet. Wij genoten toen wél van de film ‘Woodstock’. 

‘Woodstock zelf was niet eens zo heel goed georganiseerd. Driekwart van de bezoekers wandelde zonder kaartje naar binnen, want er was nauwelijks omheining. Daarnaast was er niet genoeg te eten en waren er te weinig wc’s. Bovendien hoosde het van de regen. Onvergetelijke optredens van Jimi Hendrix en Janis Joplin vonden plaats in een poel van modder en stront’. Dankzij Maarten Doormans artikel kunnen we ons tot mijn genoegen weer heel even bij het oerfestival aanwezig wanen.

Volgens de mythe van ‘Woodstock’ werd tijdens het driedaagse popfestival een nieuwe manier van leven geboren. Daar valt het nodige op af te dingen. Als gezegd hoosde het als van de regen en was er te weinig te eten, waardoor mensen als een oudtestamentische sprinkhanenzwerm rauwe mais van de velden graasden. Voor ruim 400.000 bezoekers waren er veel te weinig toiletten. Stroomkabels lagen bloot. Onder het gewicht van de geluidsapparatuur van ‘Grateful Dead’ dreigde het enorme podium in de blubber weg te zakken. Microfoon vasthouden of gitaarsnaren beroeren bezorgde de muzikanten een schok, blauwe vonken sloegen ervan af.

‘Miserably uncomfortable’ noemde een Vietnamveteraan het festival in zijn verslag voor een underground blaadje. Alle toegangswegen waren verstopt, artiesten moesten per helikopter worden ingevlogen. ‘The Who’ weigerde op te treden als niet eerst 15.000 dollar cash werd betaald. Toen ze eindelijk speelden, sloeg Pete Townshend vlak voor zonsopgang de ‘Yippie’ Abbie Hoffman (Youth International Party) van het podium, omdat die naar de microfoon greep voor een politieke boodschap. Elliott Cahn van de band ‘Sha Na Na’ moest aan het slot van het festival het podium op. ‘Overal stonk het naar modder en stront’, is zijn herinnering.

Toch werd Woodstock het succesvolste popfestival ooit. De vraag is daarom niet - aldus Daniel Bukszpan in Woodstock. 50 Years of Peace and Music - wat er mis ging, maar juist wat er goed ging en waarom. Een van de organisatoren, Michael Lang, geloofde dat wanneer je mensen ‘in de natuur bracht, iedereen zich wel zou gedragen en zich van zijn beste kant zou laten zien’. Dat klopte in zoverre dat de landelijke omgeving aan de randen van het festival hiervoor alle ruimte bood. Het terrein was slechts ten dele omheind. De organisatoren hadden wegens tijdgebrek de voorkeur gegeven aan het bouwen van het podium, niet aan hekwerken. In de voorverkoop waren 130.000 kaartjes verkocht, daarna was het gratis entree.

Het improvisatievermogen was heroïsch. Omdat ‘Sweetwater’ het terrein niet op tijd kon bereiken, mocht Richie Havens het festival openen. Toen hij was uitgespeeld, bleek ‘Sweetwater’ nog steeds niet klaar te staan, zodat Havens weer het podium werd opgeduwd. Telkens opnieuw. Na een paar Beatlessongs wist hij het ook niet meer en begon hij aan een uitgesponnen, almaar meeslepender jamsessie, waarin alleen nog het woord ‘freedom’ klonk. De sfeer zat er goed in.

De volgende dag werd Country Joe op vergelijkbare manier het podium opgehesen, omdat de band van ‘Santana’ nog niet compleet was. Een paar uur later probeerden roadies het toneel weer droog te krijgen en vroegen ze John Sebastian de stilte op te vullen. Hij stond niet op het programma, maar leende een Harmony Sovereign-gitaar en zorgde voor een van de succesvolste optredens van het festival.

Zo ging het ook met de voedselvoorziening. Michael Lang had een commune van honderd mensen uit Nieuw Mexico laten invliegen, inclusief vijftien Navajo-Indianen. Zij moesten tevens de freak-out-tent voor geflipte drugsgebruikers bemannen. Niemand had op deze aantallen gerekend. Omwonenden begonnen sandwiches te smeren en fruit en melk te brengen. Het leger wierp met helikopters voedselpakketten af.

Dat het niet totaal uit de hand liep, lag niet alleen aan de landelijke omgeving en het indrukwekkende improvisatievermogen, maar wellicht ook aan het soort drugs: cannabis en psychedelica als LSD. Al snel kwamen - aldus Julien Bitoun in The Story of Woodstock - snellere, agressievere drugs als cocaïne op. 

Volgens het standaardverhaal eindigden de sixties met het festival op het Altamont racecircuit aan het eind van hetzelfde jaar. Daar ontstonden massale vechtpartijen en werd een jongen bij het optreden van de ‘Rolling Stones’ door Hell’s Angels gedood.

Woodstock wordt vaak niet als eindpunt, maar juist als het begin van een nieuw tijdperk gezien. Jongeren eisten hun plaats op met seks, drugs en rock-’n-roll. Net als in het Parijs van mei 1968  kwam in dit perspectief de verbeelding aan de macht. 

In Woodstock ’69 zet journalist en muziekrecensent Ernesto Assante uiteen hoe vooral aan de Westkust de tegencultuur opbloeide. Denk aan de beat-generation met schrijvers als William Burroughs en Jack Kerouac en aan cultfiguren als Allen Ginsberg. In Europa zongen de Beatles op Sgt Pepper’s Lonely Heartclub Band (1967) de lof van LSD in ‘Lucy in the Sky with Diamonds’. Links en rechts werden openluchtconcerten en festivals georganiseerd, van het nu langstlopende popfestival ter wereld - Pinkpop in Limburg - tot het Californische festival in Monterey (1968) met 75.000 bezoekers. Daar traden Jefferson Airplane, Canned Heat, Country Joe, The Grateful Dead, Janis Joplin en The Who ook al op. Jimi Hendrix sloot er zijn optreden af met het in de fik steken van zijn gitaar, waarna hij deze aan gort sloeg.

(wordt vervolgd)

Foto’s

1 Reactie

  1. Marijke:
    30 juni 2019
    Nou.....nou is 'mijn' Woodstockmythe zomaar ontmythed! Wat een warboel daar en wat een ongelooflijk grote langdurige mythische impact!