(157) SAM69+, over versterkte kerken in de Franse Ardennen

22 mei 2015 - Liart, Frankrijk

Vrijdag 22 mei 2015

Karakter, kracht en kalmte

Het zuidoostelijk deel van het grote, bosrijke natuurgebied dat zich aan de noordkant van de rivier Aisne tot Avesnes-sur-Helpe uitstrekt, heet Ardenner Thiérache. Deze streek, ingeklemd tussen het plateau van Rocroi, de voetheuvels van de Ardennen en de Porcien, heeft een heel eigen karakter. Dat is voornamelijk een kwestie van kleur, want nergens anders in de Ardennen is het land zo intens groen als in de eiken- en beukenbossen rondom Signy l’Abbaye en Signy-le-Petit, of als in de glooiende weilanden en vruchtbare dalen.

Dit landschap wordt in het zuidoosten door de Butte de Marlemont begrensd. Hierachter beginnen de heuvels van de Ardennen en stromen tal van beken en riviertjes, die ruisend hun weg door het grasland zoeken en aan de kleigrond zijn vruchtbaarheid en kenmerkende kleur geven. Zelfs het water is kleurrijk. Sommige beekjes zijn aan de bron rood of wit getint. Andere, die na een onderaardse loop weer bovengronds komen, verraden door hun kleur iets van de onmetelijke diepte van deze geheimzinnige putten, die ogenschijnlijk slechts vreedzame vennen lijken te zijn.

In het voorjaar lijkt het land geheel bedekt door tere bruidsluiers van bloeiende appelbomen, sommige alleenstaand in een weide, andere bij elkaar in uitgestrekte boomgaarden. Dit laatste zie je in Bonnefontaine, nabij de abdij die in de 12e eeuw door Nicolas III van Rumigny is gesticht.

Deze streek dankt haar karakter ook aan de invloed van de mens. De plattelandsarchitectuur heeft van oudsher gebruik gemaakt van baksteen, pleisterspecie en kalksteen uit de omgeving. Dat vind je in de bebouwing terug. Sappige weiden en talrijke bossen betekenen voor de bevolking veeteelt en houtbewerking. Het ‘Museum van Oude Werktuigen’ in Liart herinnert hieraan. Het grootste bewijs van menselijke begaafdheid wordt geleverd door het geduld waarmee aan kerken, versterkte huizen, kastelen en abdijen is gebouwd. Er staan er bijzonder veel op de kaart, te danken aan de veelbewogen geschiedenis van de streek. De inwoners moesten hun kerken versterken om zich te beschermen tegen al dan niet geregelde legers die het land van de Honderdjarige Oorlog tot in de 17e eeuw veelvuldig hebben geteisterd.

Voor gelovigen is de kerk altijd een veilige schuilplaats geweest. In roerige dagen moet zij zodanig versterkt zijn dat men er in tijden van nood met vee en al zijn toevlucht kan zoeken. In de Thiérache is alles er dan ook op gericht een beleg te kunnen doorstaan. De dieren worden in het koor gedreven, vrouwen en kinderen verbergen zich in het schip en de mannen beklimmen de torens om de vijand te kunnen bestoken. Soms wordt een heel dorp van huis tot huis versterkt, zoals in Antheny.

Strijdtumult is geweken, stilte is sereen. Kastelen en versterkte huizen stralen eeuwigdurende kalmte uit. Wreedheden zijn vergeten en vervangen door levenskunst en gastvrijheid. In de tuinen van de abdijen – Saint-Marcel, Saint-Jean-au-Bois – hangt een sfeer van onverstoorbare rust, die nu door de machtige donjons en torens wordt gewaarborgd.

De route langs de kerken van de Thiérache bulkt van architectuur en plaatselijke historie.