Vlinders, koffie en zonsondergang

3 oktober 2017 - Tanah Lot, Indonesië

Vanuit de hele wereld komen jaarlijks meer dan een miljoen bezoekers naar Bali. Het kroonjuweel in de schatkist van de Indonesische archipel heeft de reputatie een van de mooiste toeristenplaatsen in Azië te zijn. Een meesterwerk van de natuur, gevormd door een keten van vulkanen. De vulkanische bodems van Bali zijn uitzonderlijk vruchtbaar. Maanden van overvloedige regen in combinatie met maanden van ononderbroken tropische zonneschijn realiseren een smaragdgroen kleed dat het eiland bedekt.

De Balinezen doen met deze zegeningen hun voordeel. Het land is alom van terrassen met rijstakkers voorzien, trapsgewijs tegen de vulkanische hellingen aangelegd. In hun cultuur leggen de Balinezen vanuit een spirituele visie op hun omgeving de nadruk op een vruchtbare samenwerking met het land, de goden en met elkaar. Rijstterrassen in de zuidelijke regionen van Bali behoren tot de spectaculairste ter wereld. In het heuvelachtige kustgebied van het noorden groeien naast rijst onder meer koffie, kruiden, groenten en kokosnoten.

Wij maken een stop bij een koffieplantage, waar we uitleg ontvangen over de teelt. Een lieflijke Indonesische toont ons het proces van aanplant en pluk tot gebrande koffie. Zij schotelt ons een dozijn vingerhoedkopjes voor, elk met eigen, specifieke smaak. 

“Proef maar”, stimuleert ze ons, als we elkaar aankijken. “Twaalf verschillende smaken”.

Bekertje voor bekertje nippen we eraan. De een smaakt lekkerder dan de ander. Toch blijft het lastig een voorkeur voor de smakelijkste uit te spreken. Beseffend dat het de bedoeling is een soort te kopen, kiezen we voor vanille coffee, product van Taman Ayu Sari. Het meisje pakt twee ons koffie voor ons in een fraai draagtasje en overhandigt het als een Gift from Bali.

De wonderen van de Orient zijn divers. Reizigers die in de eerste helft van de 18e eeuw vanuit Azië naar Europa terugkeerden, brachten vaak prachtig gekleurde vlinders mee. Deze verzamelaars meenden in eerste instantie dat het door het bos schietende vogels waren. Dat idee hebben wij niet, wanneer wij voor honderdduizend roepia per persoon het ‘Kemenuh Butterfly Park’ binnengaan. Een stevige toegangsprijs voor een gekooid paradijs, waar een variëteit aan vlinders rond onze hoofden fladdert. Aanleg en onderhoud vergen ongetwijfeld veel inspanning om dit door gaas omgeven, artificiële stukje natuur in stand te houden.

Gids Ketut heeft nog meer Balinese verrassingen voor ons in petto. We bezoeken opnieuw een zilversmederij, dit keer zonder iets te kopen, en  leggen aan op een adres, waar houtbewerkers hun vakmanschap tonen. Ter aanvulling van onze collectie gekko’s in diverse kleuren en maten besluiten we hier een exemplaar van hout aan te schaffen.

Na een voortreffelijke lunch beëindigen we de dag aan de zuidwestkust, waar zich een van de mooist gelegen tempels van het eiland bevindt. ‘Pura Tanah Lot’ betekent letterlijk ‘Land in zee’. Het beroemdste heiligdom uit een keten van zeetempels aan de zuidkust staat op een rots die bij vloed geheel door de zee wordt omringd. Tegen het vallen van de avond trekt Tanah Lot busladingen toeristen aan. Wij komen ook af op de ondergaande zon, met het silhouet van de tempel op de voorgrond en een oranje-rode lucht als achtergronddecor. Dan zal de bewolking echter eerst moeten verdwijnen …

1 Reactie

  1. Marijke:
    3 oktober 2017
    Een puur romantische beschrijving van het (mooiste?) eiland van die ook al romantische naamgeving Gordel van Smaragd. Best een groot verschil tussen het overwegend islamitische Java en het hindoeïstische Bali, is het niet?